Algemene regels huisvesting

Als je een hond wild houden om mee te fokken moet je minstens aan deze huisvesting regels voldoen. Dit om te zorgen dat het welzijn van uw hond goed word nageleefd. De regels zijn vastgesteld door de rijksoverheid onder het kopje bedrijfsmatig dieren houden.

 

 

 

 

 

 

 

De regels waar je minimaal aan moet voldoen zijn als volgt.

  • De honden hebben voldoende bewegingsvrijheid
  • De honden zijn beschermd tegen slecht weer als ze buiten worden gehouden
  • De dieren kunnen natuurlijk gedrag vertonen
  • De dieren worden verzorgd door iemand die ervoor opgeleid is en weet wat aan het doen is
  • Zieke en gewonde dieren worden direct verzorgd
  • Dieren krijgen voldoende gezond en geschikt voer en water. Dit verschilt per diersoort

 

Huisvesting tijdens bronstcyclus en bevruchting

Tijdens de bronst cyclus kan de moederhond in een normale kennel gehouden worden. De dekking kan het beste plaats vinden in een ruimte waar de teef en de reu geen eigen territorium hebben. Na de dekking kan de teef nog een aantal weken gehouden worden in een normale kennel. Meer hierover lees je in het kopje huisvesting tijdens de dracht. Een hond/ moederhond heeft een minimale kennel nodig waarvan de grond oppervlakte minstens 3 vierkante meter is en waarvan de kortste zijde minstens 1,2 meter lang is. De hoogte van de kennel moet minstens 1,80 hoog zijn

Huisvesting tijdens dracht

de eerste 6 werken van de dracht gelden de normale afmetingen voor de kennel (zie huisvesting tijdens bronstcyclus en bevruchting) voor 1 hond. Vanaf 2 weken voor de uitgerekende beval datum van de hond. Kun je de hond het beste overplaatsen naar een geschikt werp hok met eventueel al een werp kist. Zorg hierbij er wel voor dat de hond voldoende bewegingsruimte heeft. De afmetingen van een werp hok met daarin de werp kist is minimaal: de normale afmetingen moederhond zie huisvesting tijdens bronstcyclus en bevruchting.de afmetingen van de werp kist is minimaal : 1,5 x de lengte van de moederhond

Huisvesting tijdens en na geboorte

Bij de huisvesting tijdens en na de geboorte van de pups is het belangrijk dat je let op een aantal dingen. Het is namelijk belangrijk dat je de pups goed verzorgt zodat je ze gezond en goed verzorgt kunt afleveren aan een nieuwe eigenaar. De eerste 8 weken zal er een warmte lamp boven de pups moeten hangen omdat het anders niet warm genoeg voor ze is. De warmte van in de werpkist is minimaal geadviseerd 20 tot 22 graden Celsius en onder de lamp minimaal 26 tot 27 graden Celsius. Ook is het erg belangrijk dat je een goede ondergrond hebt de ondergrond moet plas van de pups kunnen absorberen zodat ze niet op een natte ondergrond liggen. Het makkelijkste is als je op de bodem van de werpkist dekens of kranten legt. Dit is makkelijk te verschonen en niet te koud.

Huisvesting tijdens opfok

De opfok vind plaats als de pups geen moeder melk meer drinken. Dit betekend dat ze oud genoeg zijn om vast voer te eten en dit ook kunnen. Omdat de pups geen moedermelk meer nodig hebben zitten ze nu ook gescheiden van hun moeder. Wel is het belangrijk dat ze hun moeder nog regelmatig zien. Dit is ook belangrijk voor de socialisatie periode. De pups kun je gewoon bij elkaar houden in dezelfde kennel. De afmetingen van de kennel zijn: 1m+n en 1,20m (n staat voor schoft hoogte)

 Instanties en regels

De instanties die eisen stellen voor het fokken van honden (Leo berger) zijn uiteraard de rijksoverheid maar ook Raad van Beheer. Voordat je wild fokken is het verstandig als je online hun site bekijkt voor extra verduidelijking van de wet en regelgeving voor fokkers. De afmetingen die ik heb verwerkt in de informatie over huisvesting komt uit het oude honden en katten besluit dit was de regelgeving voor 2014. Inmiddels zijn de regels hiervoor veranderd en zijn er geen exacte afmetingen meer wel zijn er nog de regels die beschreven staan onder algemene regels huisvesting. Op de volgende websites kunt u deze informatie terug vinden.